Wanneer u een voorwerp vindt moet u de vondst zo snel mogelijk rapporteren. Meld uw vondst bij de gemeente waar u het voorwerp hebt gevonden. Heeft u een voorwerp gevonden in een huis, een gebouw of een vervoermiddel? Meld uw vondst in dat geval bij de eigenaar of gebruiker van het huis, gebouw of het vervoermiddel.
Het voorwerp kan worden teruggevorderd door de eigenaar gedurende een jaar na de melding. Daarna wordt het eigendom van de vinder. Het jaar begint op het moment dat het voorwerp bij de gemeente is aangemeld. U kunt dit doen door contact op te nemen met de betreffende gemeente en het gevonden voorwerp te melden. Het is belangrijk om eerst te controleren of het voorwerp als gestolen staat geregistreerd. Dit kunt u doen door de volgende website te bezoeken: www.stopheling.nl.
U kunt het gevonden voorwerp altijd in bewaring geven bij de gemeente waar u het aanmeldt. Vraag in dat geval om een bewijs van aanmelding of bewaring. Besluit u om het voorwerp zelf te bewaren? Dan dient u zorg te dragen voor het onderhoud, zodat de conditie van het voorwerp niet verslechtert.
Een vinder die te laat of geen melding doet, zal pas na twintig jaar eigenaar van zijn vondst worden. Als de oorspronkelijke eigenaar zich binnen een jaar meldt, moet de vinder zijn vondst teruggeven. Hij heeft dan recht op een vergoeding en kan zijn vondst bewaren totdat de eigenaar die vergoeding heeft betaald. Als de eigenaar de vergoeding vervolgens niet binnen een maand betaalt, vervallen zijn rechten. De vinder wordt dan de eigenaar.
Voor gedetailleerde informatie adviseren wij u het Burgerlijk Wetboek te raadplegen voor de geldende wetgeving omtrent gevonden voorwerpen: (Burgerlijk Wetboek, boek 5, artikelen 5 t / m 12). Daarin worden de rechten en plichten beschreven van de vinder en van de eigenaar die zijn of haar eigendom is kwijtgeraakt.
In Nederland geldt voor gevonden voorwerpen dat als iemand iets vindt en het bij de gemeente afgeeft, de vinder de mogelijkheid heeft om na een jaar het eigendom van het voorwerp te claimen. Dit proces wordt bepaald door de Burgerlijk Wetboek (BW), Boek 5, Artikel 5:6-5:10.
Rechten van de vinder
- Melding van Eigendomsaanspraak: De vinder moet bij het afgeven van het voorwerp bij de gemeente aangeven dat hij of zij het eigendom wil verkrijgen als de eigenaar zich niet binnen een jaar meldt.
- Eigendom na 1 jaar: Als de eigenaar zich binnen een jaar niet meldt, en de vinder heeft bij afgifte aangegeven het eigendom te willen verkrijgen, dan kan de vinder het voorwerp na die periode ophalen en wordt daarmee de rechtmatige eigenaar.
- Verzuim van Eigendomsaanspraak: Als de vinder bij de afgifte niet heeft aangegeven het voorwerp na een jaar te willen claimen, dan verliest de vinder na de periode van een jaar zijn aanspraak op het voorwerp. Het eigendom vervalt dan aan de gemeente. De vinder kan niet later alsnog besluiten het voorwerp op te eisen.
Samenvatting
- Bij afgifte aangeven: De vinder moet bij afgifte duidelijk maken dat hij het voorwerp wil verkrijgen als de eigenaar zich niet meldt.
- Geen latere aanspraak: Als dit niet is aangegeven, kan de vinder later geen aanspraak meer maken op het voorwerp.
- Als de vinder bij afgifte niet heeft aangegeven dat hij het voorwerp wil hebben, kan hij later geen aanspraak meer maken op het eigendom van het voorwerp. Het recht om het voorwerp te claimen moet bij de afgifte worden vastgelegd.
Heb ik als vinder recht op vindersloon?
Ja, volgens de wet hebt u recht op een vindersloon indien u aan uw verplichtingen hebt voldaan, zoals het doen van een mededeling, aangifte en eventueel het in bewaring geven van het gevonden voorwerp. De wet bepaalt alleen dat de hoogte van dit loon naar redelijkheid moet worden vastgesteld, afhankelijk van de omstandigheden.
Voor een populaire formulering van deze wetgeving verwijzen we u naar onze pagina Wetgeving gevonden voorwerpen: https://ilost.co/nl/wetgeving-gevonden-voorwerpen.